Direct naar artikelinhoud

Hoeveel zat het CPB er in de afgelopen jaren naast?

Pas volgend jaar trekt de economie aan, bericht het Centraal Planbureau vandaag. In 2012 voorspelde het CPB nog economische groei voor dit jaar. Ieder jaar blijkt de praktijk weerbarstiger dan de daaraan voorafgaande voorspellingen. Wat zeggen de prognoses van voorgaande jaren over de CPB-voorspelling van dit jaar?

De vertrekkende minister van Financiën draagt zijn departement over aan zijn opvolger, november 2012Beeld ANP

Ieder jaar in maart presenteert het Centraal Planbureau het Centraal Economisch Plan (CEP) met daarin de groeiprognose voor het lopende jaar en het jaar erop. Ook geeft het CPB de cijfers van het vorige jaar, oftewel hoe de economie zich werkelijk heeft ontwikkeld.

Onderstaande tabel geeft de groeicijfers weer van 2008 tot en met 2013. In zwart de realiteit van het voorgaande jaar, in oranje de voorspelling voor het lopende jaar, in geel de prognose voor het volgende jaar. De economische groei wordt uitgedrukt in procentuele toe- of afname van het bbp, het bruto binnenlands product of de som van de Nederlandse economie. Momenteel levert de Nederlandse economie in een jaar circa 600 miljard op.

Ontwikkeling bbp in procenten

Bron: Centraal Planbureau, CEP's 2008 t/m 2013Beeld volkskrant.nl

In 2008 kende Nederland nog economische groei. De kredietcrisis van 2008 kwam in alle hevigheid in 2009 in Nederland aan. In de twee jaar daarop trok de economie weer wat aan, vanaf de bodem is er enkel een weg omhoog. Het voorzichtige herstel werd in 2012 weer tenietgedaan door een stagnerende binnenlandse markt. De krimp lijkt nu ook in 2013 aan te houden.

Uit bovenstaande tabel blijkt dat het CPB er nogal eens naast zit.

2009
Het instituut zag de crisis van 2008, en de Nederlandse gevolgen daarvan in 2009, niet aankomen. In 2008 voorspelde het CPB 1,25 procent groei voor 2009. In 2010 bleek dat de economie in 2009 juist met 4 procent was gekrompen, een negatief verschil van 5,25 procentpunt.

2010
Met 2010 zat het CPB er weer naast, maar dan precies andersom. Tussen de voorspelling van 2009 en de terugblik van 2011 bestaat een positief verschil van bijna 2 procentpunt.

2011 en 2012
In 2011 bleek de economie er 0,8 procentpunt slechter aan toe dan voorspeld en in 2012 zelfs 2,4 procentpunt.

Prognoses lopend jaar
De prognoses van het CPB voor het lopende jaar komen een stuk dichter in de buurt van de werkelijkheid, maar kunnen ook tot een half procentpunt verschillen van de praktijk.

En nu?
Dus wat moeten we nu met de laatste CPB-prognoses? Voorspellingen doen over voorspellingen heeft een wel zeer hoog gehalte koffiedik kijken. We kunnen hooguit zeggen dat het groeicijfer (-0,5 procent) voor dit jaar meer voorspellende waarde heeft dan de verwachte 1 procent groei voor 2014. De cijfers van voorgaande jaren laten zien in welke mate de prognoses kunnen afwijken van de werkelijkheid.

Kijk hier alle cijfers terug: CEP 2009, CEP 2010, CEP 2011, CEP 2012, CEP 2013.

Begrotingstekort
In het CEP staan ook de prognoses voor het begrotingssaldo. Het Europese stabiliteits- en groeipact schrijft voor dat lidstaten moeten pogen hun begrotingstekort onder de 3 procent van hun bbp te brengen. Sinds het uitbreken van de kredietcrisis in 2008 is dat Nederland niet meer gelukt.

De onderstaande tabel heeft dezelfde opbouw: in zwart het feitelijke saldo van het voorgaande jaar, in oranje het voorspelde saldo voor het lopende jaar, in geel het verwachte saldo voor het volgende jaar.

Ontwikkeling begrotingssaldo

Hoeveel zat het CPB er in de afgelopen jaren naast?

Bij bovenstaande tabel moet een belangrijke kanttekening worden geplaatst. Het CPB voorspelt een begrotingssaldo op basis van de aanname van 'ongewijzigd beleid'. Het is aan de overheid om het beleid zodanig te wijzigen zodat het saldo positiever uitvalt dan was voorspeld. Het uiteindelijke, feitelijke, begrotingssaldo is de som van tal van factoren: besparingen hebben minstens zoveel invloed als de ontwikkeling van de economie in binnen- en buitenland.

Het cijfer in het zwart zegt dus zowel iets over de inspanningen van het kabinet als over de ontwikkeling van de economie. Het CPB omschrijft het in het persbericht van vandaag alsvolgt: 'Door de omvangrijke tekortreducerende maatregelen neemt in 2013 het begrotingstekort met 0,7 procent bbp af tot 3,3 procent.' Het kabinet heeft een flinke inspanning geleverd, en toen VVD en PvdA in november vorig jaar hun akkoord presenteerden was dat naar verwachting ook nog genoeg om de 3 procent te halen, maar de economische groei valt dusdanig tegen dat het tekort toch hoger uitvalt.

Het essentiële verschil tussen een groeiprognose en een prognose voor het begrotingssaldo, is dat die laatste een expliciete opdracht is aan het kabinet. Het tekort is te hoog, doe er wat aan: bezuinig, bespaar, draai aan je inkomsten- en uitgavenknoppen. Een verwachte tegenvallende economische groei is ook een opdracht aan de regering, maar wel een stuk implicieter: hervorm zodat de binnenlandse economie op termijn sterker wordt. Met een kleine belastingverhoging heeft de staat meteen enkele miljarden extra voor de begroting, maar het effect op de economische groei of krimp is veel subtieler.

En nu?
Kunnen we dus iets met de prognoses voor het begrotingssaldo in 2013 en 2014? Het heeft geen zin om een prognose te vergelijken met het feitelijke tekort en dan te zeggen: het CPB zat er naast. Als het kabinet zijn best doet, is het feitelijke saldo altijd beter dan het voorspelde saldo. De prognose geeft ons een indicatie van wat het kabinet volgend jaar gaat doen. Om onder de 3 procent te komen, is een nieuwe besparing van 3 tot 4 miljard nodig (als de economische malaise geen roet in het eten gooit).