Ooit, lang geleden, was daar opeens de zogenaamde “kredietcrisis”. Heel eventjes liep het grote, met honderden miljarden vele malen groter als de wereldwijde economische “output”, casinospel van carry-trade, de piepjonge CDO-constructies, ander-soortige derivatenconstructies, high-risk-investment-dumping bij “domme” partners/klanten en het rondpompen van “schuld” vast. Banken vielen om, sommige werden “gered” door natie-staten of door centrale banken, enkele gingen daadwerkelijk over-de-kop. “Dat nooit meer” dacht de wereld dat opeens private schuld “gecollectiviseerd” zag worden en nog vele jaren later de rekening voor het gespeculeer in de “reële economie” mocht betalen. Er zouden regels komen, remmen ingebouwd worden en de tot onvoorstelbaar bizarre proporties opgeblazen financiële industrie zou aan de ketting worden gelegd. Maar in een wereld waarin het bijna-gratis geld van Centrale Banken (QE-programma’s) een soort virtuele bubbel-economie heeft geschapen, High-Frequency-trading algo’s de koersen bepalen en beurs- of marktwaarde zich in een van “actuals” losgekoppeld lala-land bewegen, lijken de lessen uit de crisis economic science fiction. Vergeet bail-in of banken-unie (nog meer collectivisering), het financiële systeem zelf blijft zoals het was.
Zelfs de BIS (bank of international settlements, of Rothschild headquarters, ofwel de Centrale Bank der Centrale Banken) bij monde van de Basel Committee on Banking Supervision, dat strenge kapitaalverplichtingen aan banken zou opleggen om “een crisis te voorkomen”, doet water bij de wijn. De norm van 3% eigenkapitaal (!!!) wordt voor banken wet, alleen mag nu wat beter en creatiever boekgehouden worden om tot die genoemde 3% te komen. Onder de in eerste instantie voorgestelde regels hadden grootbanken opeens een gat van 200 miljard in gezamelijke de balans en moest extra kapitaal bij elkaar geschraapt worden. Iets wat in tijden van het betere neoliberale sloopwerk een beetje moeilijk wordt. Bovendien, zo merken BNP Paribas SA, Bank of America Corp. en Citigroup Inc. op, “gaan de regels ten koste van economische groei en werkgelegenheid”. Een nog cynischer dooddoener konden de drie banken niet verzinnen.
De bank wint weer. Too-big-to-fail, too-big-to-jail. Waar ultra-oplichter Bernie Madoff, goed ongeveer 48 miljard Euro zwindel op het telraam, 150 jaar achter tralies verdwijnt, mag het medeplichtige JP Morgan twee miljard dollar betalen zonder te worden vervolgd of zelfs schuld te bekennen. Manipulatie van de LIBOR-rates levert een “parkeerboete” op, rechtszaken over het verzwijgen van de risco’s bij het doorverkopen van beleggingsproducten op basis van “subprime”, ramsch, leningen worden waarschijnlijk afgekocht. Het Britse HSBC wast miljarden aan drugsgeld wit en betaalt twee miljard aflaat. Niemand wordt vervolgd. Verkeerd gewaardeerde derivatenposities, prijsmanipulatie, belastingfraude. De lijst aan zware criminele activiteiten door banken blijkt schier oneindig maar niemand wordt uiteindelijk ter verantwoording geroepen. Stafvervolging blijft uit. Untouchables.
Als zelfs de kleinst mogelijke aanscherping van de regels voor het -über-ultra-fractional-reserve-banking door lobbydruk vanuit de financiële sector tot een door de BIS georkestreerde farce wordt, zijn we letterlijk terug bij af. Ondanks alle ellende die de crisis heeft gebracht, hebben banken kennelijk nog steeds een maatschappelijke uitzonderingspositie. Een plek waar wetten en regels anders zijn als in de reële economische wereld of samenleving.
Dat heet tegenwoordig “systeem-relevantie”, het in 2008 geboren en immer inzetbare verzamelbegrip -slash- excuus waarachter bank en politiek zich kunnen verschuilen. Alleen, prima om zo “systeemrelevant” te zijn maar is het de vraag hoe relevant je in werkelijkheid bent in een systeem waarvan iedereen ziet en merkt dat het kapot, corrupt en disfunctioneel is. Als het systeem waar jij een belangrijk onderdeel van bent zoveel middelen en energie uit andere systemen onttrekt dat het eerder een kwaadaardig kankergezwel is als “de motor van welvaart en werkgelegenheid”.
Too-big-to-jail, of too-big-voor-wet-regels-toezicht (of deleverage) bestaat niet.
We gaan door met de parodie tot het punt (and beyond) dat de leugens zo lachwekkend worden dat zelfs de voormalige Irakese minister van propaganda met zijn mond vol tanden staat.
Wordt een mooi verhaal voor je kleinkinderen.