Het “downplayen“ van het grootste spionageschandaal uit de menselijke geschiedenis is ondertussen tot een fascinerend schouwspel geworden. Aan Amerikaanse zijde, bij de daders, houden politiek en media zich op dit moment voornamelijk bezig met whistleblower Edward Snowden en de verschrikkelijke dingen die met de man moeten gebeuren mocht hij in handen van de USA vallen. Geen mea culpa, geen debat, slechts de slecht liegende Obama en slecht liegende lakeien. Aan de kant van de “slachtoffers” zijn daar de verschillende EU-regeringen die zich maar geen passende houding weten te geven nu duidelijk is dat „bondgenoot“ Amerika en op mega-schaal bedrijfs- en economische spionage pleegt (China, doelwit nummer 1 van de Amerikanen reageert traditioneel gedecideerd discreet), en communicatieverkeer van Europese bevolkingen opslaat en, waarschijnlijk, analyseert. De redenen voor deze laffe houding laten zich makkelijk raden: de inlichtingendiensten van de Europese „democratieën“ pikten een graantje mee van de Amerikaanse en Engelse big-brother-programma’s. Bovendien is het wel bijzonder naief om te veronderstellen dat in Europa niet, zoals bij de Anglo-Amerikanen, wordt gewerkt aan projecten om internet- en telecom-verkeer te tappen. Of al werkzaam zijn. Het voor (internationaal) gerecht slepen van de PRISM en Tempora experimentalisten voor verdragsbreuk, schending van internationaal recht, souvereiniteit, privacy, mensenrechten zal op zich laten wachten, tenzij China, Rusland of Bolivariaans Zuid Amerika iets ondernemen, daar alles erop wijst dat de “politiek” (zowel in Europa als in het VK en de VS) de storm domweg probeert uit te zitten.
Een ander fenomeen is de bijna schier eindeloze stroom aan “experts“, journalisten, publicisten en opiniemakers die in verschillende media voorbijtrekken om te verkondigen dat geheime spionageprogramma’s als PRISM en Tempora “nodig” zijn. Die begrijpen en onderschrijven wat de Amerikanen doen en menen dat zij het opslaan van het digitale leven van miljoenen mensen moeten verdedigen. De argumenten van deze zogenaamde “kenners” zijn altijd dezelfde sleetse dooddoeners. Naast het ondertussen bijzonder pijnlijke “wie niets te verbergen heeft.....” niemandalletje natuurlijk de alles bedwingende reden om privacy in te leveren: terreur. Dat alle “maatregelen”, investeringen, wetten en zelf geopolitieke gebeurtenissen/bewegingen in het kader van “terreurbestrijding” in geen enkele verhouding staan tot de werkelijke dreiging van “terreur”, het risico om door bliksem te worden getroffen is groter dan ergens te worden opgeblazen door iemand, wordt immer gemakshalve buiten de discussie gehouden. “Democratie” en “Vrijheid” moeten worden verdedigd, zo luidt het veelgehoorde argument, en daarvoor moet nu eenmaal een prijs worden betaald. Een briljante omdraaiïng, indien de “middelen” om die waarden te verdedigen juist vrijheid beperken, in het geheim plaatsvinden en aan geen enkele democratische controle worden onderworpen.
Bovendien, hoezeer men zou willen, gaat de door de Amerikanen gespeelde “terreur-kaart” om de noodzaak van PRISM aan te tonen de slag niet meer winnen. De onthullingen van Edward Snowden over de Amerikaanse cyber-aanvallen op China, en het feit dat in Europa bijvoorbeeld Duitsland het meest in de gaten gehouden land is, tonen aan dat het de VS en Groot-Brittannië (na het ECHELON systeem) vooral om bedrijfspionage te doen is. “The criteria are security, terror, organised crime. And economic well-being.”, aldus een anonieme spion over Tempora in de Britse Guardian. Iets wat ook in de Britse Intelligence Service Act uit 1994 te vinden is. Het probleem: wat wordt onder “economic well-being” begrepen, en voor wie.
Kort voor het uitbreken van het PRISM-schandaal kwam een ander, ondertussen volledig ondersneeuwd, schandaal in de Verenigde Staten aan het licht. De Amerikaanse “belastingdienst” IRS maakte namelijk bekend dat het op basis van “namen”, thema’s en een lijst bepaalde politieke groeperingen structureel onder de loep nam. Met name groeperingen rond de rechts-conservatieve “tea-party” maar, naar zo later bleek, ook liberale groepen en de Occupy-beweging. Hoewel tot op heden onduidelijk is wie precies de IRS haar marcheer-orders gaf, lukt het de regering van Obama niet zonder verdacht uit het schandaal te komen. Dit alles slechts een klein jaar nadat “uitlekte” dat de Amerikaanse autoriteiten, en met name de FBI, bijna in de vorm van privé-leger optraden tegen de verschillende, door de gehele VS actieve “Occupy-bewegingen”. Gebruikte methoden: inflitratie, afluisteren, aftappen. Dan is er nog de beroemde Amerikaanse “watch-list” voor vlieg-passagiers met personen die “verdacht” worden eventueel een vliegtuig “te kunnen” opblazen. De lijst telt ondertussen duizenden personen waaronder, wat men zou kunnen noemen, “politieke activisten”. Kijken we naar Groot-Brittannië blijken groeperingen als vakbonden, vredes-activisten of anderzins politiek actieven al lang als “domestic extremists” te worden gebrandmerkt. En is er een wettelijk kader om tegen dergelijk” extremisme” op te treden.
Dat zijn slechts de recente voorbeelden van extreem (staats)machtsmisbruik uit de Verenigde Staten (en Verenigd Koninkrijk). Kortom, kort door de bocht veronderstellen dat al die digitale voetstappen, al die voorkeuren, al die zoekopdrachten, al die artikelen, van al die miljoenen mensen in veilige handen zijn, slechts worden doorzocht op “flags” die duiden op terreur-potentiaal en niet zullen worden gebruikt voor analyse of peilingen, dat niet wordt gescannt op politiek pikante zaken (naast terreur) en dat bepaalde “bevindingen” niet worden ge- of misbruikt tegen onwelkome oppositie, is niet alleen goedgelovig zijn (zoals het toegang geven van de Amerikanen op passagierslijsten en internationaal betaalverkeer data), het is blind zijn voor de realiteit.
PRISM en Tempora worden door Obama, Cameron en voorvechters verkocht als een middel, of wapen, ter verdediging democratie en vrijheid maar zijn in werkelijkheid niets anders als het volgende, pijnlijke voorbeeld van de langzame morele teloorgang van het westen. Of in het kader van internationaal recht: de legitimatiecrisis van het internationale optreden van bepaalde westerse landen en ontkoppeling van (westerse) industrielanden zoals de Verenigde Staten van internationale rechtsregels en de mensenrechten (die zij ooit hebben helpen ontwikkelen).
Wat krijgen we ervoor in de plaats?
Meer vrijheid of meer repressie?